Inleiding

Anders dan gemeenten en provincies ontvangen waterschappen geen bijdrage van het Rijk voor de bekostiging van hun taken. Waterschappen bekostigen hun taken door het heffen van belastingen: de watersysteemheffing, de verontreinigingsheffing en de zuiveringsheffing.

De kosten die te maken hebben met waterkeringen, het waterkwantiteitsbeheer en het waterkwaliteitsbeheer met uitzondering van het zuiveringsbeheer, worden gefinancierd uit één watersysteemheffing, die wordt betaald door de inwoners en de eigenaren van gebouwde en ongebouwde onroerende zaken. De inwonerdichtheid en de economische waardeverhoudingen zijn de centrale uitgangspunten voor de financiering van het watersysteembeheer.

De zuiveringsheffing is toegespitst op de kosten van de zuivering, het transport van afvalwater en de verwerking van het zuiveringsslib. De directe lozingen op het oppervlaktewater worden in de verontreinigingsheffing betrokken. De opbrengsten daarvan gaan naar het watersysteembeheer.

Kostentoedeling

Bij de vaststelling van de omslagtarieven voor 2018 voor de verschillende belangencategorieën is in de Meerjarenbegroting 2018-2021 de hiervoor geldende Kostentoedelingsverordening Waterschap Zuiderzeeland 2014 toegepast.

Jaarlijks wordt, parallel aan de opstelling van de voorjaarsnota, bekeken of de kostentoedeling aanpassing behoeft. De Algemene Vergadering vindt dat een tussentijdse herziening van de Kostentoedelingsverordening gemaakt moet worden vanuit een consistent tarievenbeleid, dat bestuurlijk bestendig en uitlegbaar aan de burger is. Dit betekent praktisch dat, alleen wanneer grote verschuivingen in de waardeverhoudingen aan de orde zijn, een tussentijdse herziening van de verordening gerechtvaardigd is. In het voorjaar van 2017 heeft de Algemene Vergadering geconstateerd dat dit voor 2018 niet aan de orde is.

In de Kostentoedelingsverordening is vastgelegd hoe de taakkosten van de watersysteemtaak naar aard en omvang van het belang worden verdeeld over belanghebbenden in de taak. In het onderstaande schema vindt u de vastgestelde verdeling.

Tabel. Vastgestelde percentuele toedeling van de kosten aan de belangencategorieën   

Belangencategorie

Percentage

Ingezetenen

25,0%

Gebouwd

51,4%

Ongebouwd

21,4%

Natuurterreinen

2,2%

In 2018 vindt een (verplichte) vijfjaarlijkse herziening van de Kostentoedelingsverordening plaats voor de begrotingsjaren 2019 en verder.

Belastingeenheden

Voor de komende jaren is in qua belastingeenheden rekening gehouden met een volumevergroting, behalve voor het aantal hectaren ongebouwd dat jaarlijks afneemt. Deze gemiddelde groei van het aantal woningen en bedrijven is meegenomen voor wat betreft het aantal woningen, ingezetenen en bedrijven. In de onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de ontwikkelingen in het aantal belastingeenheden. De weergegeven eenheden betreffen de begrote eenheden voor alle jaren.

De watersysteemtaak op basis van het aantal wooneenheden, de WOZ-waarde en hectares en eenheden directe lozingen.

Tabel. Ontwikkeling eenheden Watersysteemtaak (omslagen)

Jaar

Woon-eenheden

WOZ Waarde
(* € 1 miljard)

Ha
 ongebouwd
 (overig)

Ha
ongebouwd
(wegen)

Ha
natuur
terrein

Jaar 2016

157.200

38,423

100.660

7.000

118.200

Jaar 2017

157.100

39,283

100.700

7.000

118.000

Jaar 2018

161.100

41,011

100.000

7.100

117.700

Jaar 2019

162.200

42,875

99.900

7.100

117.700

Jaar 2020

163.300

44,189

99.800

7.100

117.700

Jaar 2021

164.500

45,107

99.700

7.100

117.700

Er is rekening gehouden met de volgende uitgangspunten:

  • het opgelegde aantal eenheden per 31 augustus 2017
  • een toename van het aantal wooneenheden met 0,7% per jaar. Ten opzichte van de begroting 2017 is er in 2018 eenmalig sprake van een grotere toename van het aantal wooneenheden. Dit komt voort uit het feit dat het aantal wooneenheden op basis van de realisatie 2016 (jaarrekening 2016) hoger uit is gevallen dan verondersteld op het moment van opstellen van de begroting 2017. Dit effect is verwerkt in de begroting 2018
  • een toename van de WOZ-waarde van de reeds bestaande onroerende zaken met 4,0% in de jaren 2018 en 2019, 2,5% in het jaar 2020 en 1,5% in het jaar 2021
  • een jaarlijkse toename van het aantal WOZ-objecten van 1.500
  • een normale afname van het aantal hectaren ongebouwd met 100 hectaren per jaar
  • geen wijziging in het aantal hectares wegen en natuurterreinen in 2018 en verder. Jaarlijks zal hierop een actualisatieslag plaatsvinden

Tabel. Ontwikkeling vervuilingseenheden Watersysteemtaak (verontreinigingsheffing)

Jaar

Directe
Lozingen
(woningen)

Directe
Lozingen
(bedrijven)

Totaal

Jaar 2016

7.500

5.500

13.000

Jaar 2017

7.500

5.500

13.000

Jaar 2018

7.400

4.500

11.900

Jaar 2019

7.400

4.500

11.900

Jaar 2020

7.400

4.500

11.900

Jaar 2021

7.400

4.500

11.900

Er is rekening gehouden met de volgende uitgangspunten:

  • het opgelegde aantal eenheden per 31 augustus 2017
  • geen wijziging in het aantal eenheden directe lozingen in 2018 en verder

De zuiveringstaak op basis van het aantal eenheden zuiveringsheffing woningen en bedrijven.

Tabel. Ontwikkeling vervuilingseenheden Zuiveringstaak

Jaar

Woningen

Bedrijven
(meet)

Bedrijven
(overig)

Totaal

Jaar 2016

380.300

52.900

60.200

493.400

Jaar 2017

379.600

58.400

59.700

497.700

Jaar 2018

387.000

61.400

61.600

510.000

Jaar 2019

389.300

61.400

62.300

513.000

Jaar 2020

391.700

61.400

62.900

516.000

Jaar 2021

394.000

61.400

63.500

518.900

Er is rekening gehouden met de volgende uitgangspunten:

  • het opgelegde aantal zuiveringseenheden per 31 augustus 2017
  • een toename van het aantal zuiveringseenheden woningen met 0,6% per jaar
  • geen wijziging van het aantal zuiveringseenheden meetbedrijven
  • een toename van het aantal zuiveringseenheden bedrijven (overig) met 1% per jaar

Kwijtschelding

Waterschap Zuiderzeeland hanteert een kwijtscheldingnorm van 100%. Kwijtschelding kan aan natuurlijke personen worden verleend voor de watersysteemheffing ingezetenen, de zuiveringsheffing en de verontreinigingsheffing. De doelstelling is de verzoeken binnen zes weken af te handelen.

In de jaren 2018 tot en met 2021 zal naar verwachting jaarlijks een bedrag van € 1,7 miljoen worden kwijtgescholden.

Tabel. Kwijtschelding heffingseenheden

Jaar

Ingezetenen

Zuiveringseenheden

Jaar 2016

8.200

18.000

Jaar 2017

8.200

18.000

Jaar 2018

8.500

18.500

Jaar 2019

8.500

18.500

Jaar 2020

8.500

18.500

Jaar 2021

8.500

18.500

De begrote kwijtschelding is ruim 5% van het totaal aantal huishoudens.

Reservebeleid

In 2013 heeft de Algemene Vergadering het reservebeleid vastgesteld. Dit heeft geleid tot een aantal beleidskeuzes, op basis waarvan jaarlijks wordt bepaald wat de gewenste onttrekking aan de bestemmingsreserve tariefegalisatie is. In de afgelopen jaren heeft het waterschap een aantal maal achter elkaar een groot positief jaarresultaat gerealiseerd, waardoor de reserveomvang is gegroeid en wat heeft bijgedragen aan de huidige gezonde financiële positie. Het waterschap streeft ernaar om deze gezonde positie te behouden en de lastenontwikkeling voor zowel huishoudens, agrariërs als bedrijven te beperken.

In de Meerjarenbegroting 2018-2021 wordt voorgesteld om in de komende vier jaren een bedrag van € 1,5 miljoen te onttrekken aan de tariefegalisatiereserve. De begrotingsomvang stijgt in het jaar 2018 meer dan eerder was voorzien. De tariefegalisatiereserve wordt ingezet om een gelijkmatige lastenontwikkeling te realiseren.

Tabel. Geplande mutatie tarief egalisatie reserve

Jaar

Watersysteemtaak

Zuiveringstaak

Totale
reserve inzet

Jaar 2018

 - € 1,310 miljoen

- € 0,255 miljoen

- € 1,565 miljoen

Jaar 2019

- € 0,690 miljoen

- € 0,263 miljoen

- € 0,953 miljoen

Jaar 2020

- € 0,730 miljoen

+ € 0,278 miljoen

- € 0,452 miljoen

Jaar 2021

+ € 1,300 miljoen

+ € 0,166 miljoen

+ € 1,466 miljoen

Totaal

- € 1,430 miljoen

- € 0,074 miljoen

- € 1,504 miljoen

Tarieven

De tarieven voor de categorieën zijn in de onderstaande tabel vermeld.

Tabel. Tarieven 2017 en 2018 (in euro’s) en de procentuele mutaties

Heffing

Begroting
 2017

Begroting
 2018

Mutatie

Watersysteemheffing ingezetenen

70,47

70,71

+ 0,3%

Watersysteemheffing gebouwd*

0,0549%

0,0541%

- 1,5%

Watersysteemheffing ongebouwd (overig)

80,78

83,47

+ 3,3%

Watersysteemheffing ongebouwd (wegen)

121,17

125,21

+ 3,3%

Watersysteemheffing natuurterreinen

7,83

8,07

+ 3,1%

Zuiveringsheffing

57,38

58,00

+ 1,1%

Verontreinigingsheffing

57,38

58,00

+ 1,1%

* Het tarief gebouwd wordt niet uitgedrukt in euro’s, maar in procenten van de vastgestelde WOZ- waarde.

Lastendruk

De gemiddelde lastenontwikkeling van het waterschap voor de ingezetenen en ingelanden is inzichtelijk te maken door de ontwikkelingen in beeld te brengen van een gemiddeld gezin, een gemiddeld agrarisch bedrijf, een industrieel bedrijf en een natuurorganisatie. Voor de vergelijkbaarheid met het voorgaande jaar zijn ook deze cijfers weergegeven. De lastenprofielen zijn ten opzichte van het vorige jaar geactualiseerd.

Tabel. Lastendruk Huishoudens in 2017 en 2018(in euro’s) en de procentuele mutaties

Omschrijving

Begroting
 2017

Begroting
 2018

Mutatie

Watersysteemheffing ingezetenen

70,47

70,71

+ 0,3%

3 zuiverings- / vervuilingseenheden

172,14

174,00

+ 1,1%

Totaal niet huiseigenaren

242,61

244,71

+ 0,9%

Bij eigen woning met een
waarde van € 200.000 resp. € 208.000

109,80

112,53

+ 2,5%

Totaal huiseigenaren

352,41

357,24

+ 1,4%

Tabel. Lastendruk agrarische bedrijven in 2017 en 2018 (in euro’s) en de procentuele mutaties

Omschrijving

Begroting
 2017

Begroting
 2018

Mutatie

Watersysteemheffing ingezetenen

70,47

70,71

+ 0,3%

4 zuiverings- / vervuilingseenheden

229,52

232,00

+ 1,1%

Bij eigen woning en opstallen
met waarde van € 600.000 resp. € 624.000

329,40

337,58

+ 2,5%

Oppervlakte 70 ha ongebouwd

5.654,60

5.842,90

+ 3,3%

Totaal

6.283,99

6.483,19

+ 3,2%

Tabel. Lastendruk industriële bedrijven in 2017 en 2018 (in euro’s) en de procentuele mutaties

Omschrijving

Begroting
 2017

Begroting
 2018

Mutatie

100 zuiverings / vervuilingseenheden

5.738,00

5.800,00

+ 1,1%

Gebouw met waarde van € 2.000.000
resp. € 2.080.000

1.098,00

1.125,28

+ 2,5%

Totaal

6.836,00

6.925,28

+ 1,3%

Tabel. Lastendruk natuurorganisaties in 2017 en 2018 (in euro’s) en de procentuele mutaties

Begroting
2017

Begroting
2018

Mutatie

Oppervlakte 1.000 ha natuurterrein

7.830,00

8.070,00

+ 3,1%